Argentijnse tango|Argentijnse Tangoclub|Nieuws|Agenda|Cursusdata|Artikelen|Links|Contact


















Interview met Petra

Uit: UK 34 – 4 JUNI 2009, p. 10-11 – Themanummer ARTS MEET SCIENCE

Sommige mensen combineren de liefde voor wetenschap met een liefde voor kunst. Dubbeltalenten. Door Lieke van den Krommenacker

Dansend door de collegezaal. Dubbeltalenten brengen kunst en wetenschap samen:

Petra Broomans – Tangodanseres en universitair hoofddocent bij scandinavistiek

“Ik kon eerder dansen dan lezen. Maar toen ik het eenmaal onder de knie had, las ik alles wat los en vast zat.” In haar huis in de Schildersbuurt vertelt Petra Broomans hoe haar talenten al vroeg ontkiemden.
“Als driejarig meisje nam mijn vader me mee naar West Side Story. Ik was zo gegrepen dat hij me naar balletles stuurde.” Na dertig jaar klassiek ballet en tapdansen, ontdekte ze de Argentijnse tango. “Die ingetogen dans en de muziek, die dan weer grillig, dan weer melodieus is, het paste bij mij.”

Het was haar moeder, die de liefde voor Scandinavië aanwakkerde. “We gingen altijd naar Italië op vakantie, tot ze zei: we moeten maar eens naar Scandinavië.” En zo reisde de familie hele zomers door Denemarken, Noorwegen en Zweden tot in de verste, noordelijke streken. “Op een dag werden we op de koffie gevraagd bij een Zweedse familie. Het mooie was, dat mijn moeder in haar Drentse dialect met het opaatje van de familie kon praten. Hij sprak Zweeds, zij Drents en er ontstond een dialoog. Fascinerend.”

Haar echtgenoot Iván Torres, afkomstig uit een dichter- en danserfamilie, richtte begin jaren tachtig de eerste Nederlandse tangoschool op, waar ze nu beiden lesgeven. Zeven jaar geleden trouwde het echtpaar in de Chileense hoofdstad Santiago, in het huis van een oom, waar ook veel Zweedse dichters hun sporen hebben nagelaten. “Leuk om aan de andere kant van de wereld een stukje Zweedse literatuurgeschiedenis te zien. Zo komen beide werelden af en toe met elkaar in aanraking.”

Ontmoetingen tussen Noord en Zuid lopen als rode draad door Broomans’ leven. Een ontmoeting op een congres in Finland met een hoogleraar en tevens bekend dichter uit Helsinki leidde tot de publicatie van een dialoog over de Finse tango in het Tijdschrift voor Scandinavistiek. En ook tijdens werkbezoeken wordt er gedanst, in de avonduren. In het Zweedse Uppsala bijvoorbeeld, waar Broomans in het kader van de internationale samenwerking regelmatig te vinden is. Iedere winter reizen Broomans en haar man naar Santiago en Buenos Aires in Argentinië; de stad waar de tango vandaan komt, tangodansers in het harnas sterven en de dansvloer zo vol is, dat je vanzelf meegaat in het ritme van de paren op de vloer. Broomans: “Dat voelt alsof je met iedereen danst. Ouderen staan er bij wijze van spreken eerder op de dansvloer dan achter een rollator! Zo wil ik wel oud worden.”

De melancholische muziek, de vijftien paar schoenen, de stijlvolle zwarte jurk met witte stippen, de knot in het haar: alles ademt tango. “Het is een manier van leven”, beaamt Broomans. Dansend in de collegezaal dus? “Het is wel eens gebeurd, toen ik een Zweeds toneelstuk behandelde. Er zat een bewerking van Frank Sinatra’s New York in. Toen heb ik me gepermitteerd om op de melodie een dansje te maken.” Ze glimlacht. Zachtjes zwaaien haar benen om beurten links en rechts even de lucht in.

Foto: Reyer Boxem